Hoiii allemaal! Daar ben ik weer. Meer dan een week verder alweer, jeetje wat vliegt de tijd! Maar gelukkig heb ik nog héél veel meer tijd hier ;-)
De vorige keer eindigde het verhaal in Havana, met een dagje werken en een leuke videocall met m’n ouders. Ik heb nog wat extra foto’s van Havana toegevoegd bij dit bericht, daar kun je volgens mij nooit genoeg mooie plaatjes van zien… Ik kan hier wel foto’s blijven maken. Of eigenlijk Jesús, want ik heb m’n eigen fotograaf bij me voor deze reis, haha. Hij heeft er veel lol in om foto’s te maken, en wordt er ook steeds beter in. De eerste foto’s van zijn hand schitteren al bij een aantal Cuba-artikelen die ik hier heb geschreven!
Dat werken gaat trouwens prima, ik schrijf één artikel per dag en ik lig goed op schema. Soms werk ik ’s ochtends als Jesús nog ligt te slapen, soms ’s middags als we terugkomen in de casa na een dagje sightsee’en. Ook gaat de laptop af en toe mee overdag, dus dan zit ik ineens op een leuke koloniale plaza een verhaal te typen over Indonesië of Thailand… Bevalt prima hoor!
Anyway, buiten dat werken ben ik natuurlijk hier om te genieten van Cuba. Ook dat gaat ons heel goed af! Vanuit Havana hebben we de nachtbus genomen naar Santiago de Cuba, een flinke trip van zo’n 15 uur. Grappig verhaal: eigenlijk wilde Jesús absoluut niet naar Santiago. Voor iedereen in Cuba die in het oosten woont (de andere kant van het eiland) is Santiago héél ver weg, meer dan 1000 km, en ze kennen de stad alleen van allerlei slechte verhalen. Het is er crimineel, je kunt er niet veilig over straat, ze verkopen op straat mensenvlees uit pure armoede… Jesus keek er niet bepaald naar uit, en zijn hele familie vond het een vreselijk eng plan wat ik had bedacht. Met enig tegensputteren zijn we toch in Santiago aangekomen, en wat ik natuurlijk al had verwacht: alles viel reuze mee. Sterker nog, mijn amor vertelde aan het eind dat hij de stad leuker en prettiger vond dan Havana. En zo kwam alles toch nog goed ;-)
We hebben ons dus vier dagen goed vermaakt in Santiago. Slenteren door de stad, die wat puurder en rauwer is dan Havana, met minder toeristen en minder jineteros (vrij vertaald als ‘irritante personen’) op straat die iets van je willen. We zijn een dag naar het kasteel El Morro geweest, aan de monding van de baai waaraan Santiago ligt. En we hebben iets unieks gedaan (…tromgeroffel….): we hebben een boottochtje gemaakt! Klinkt niet heel bijzonder natuurlijk, maar Cubanen mogen niet op een boot. De overheid is hier namelijk nogal bang dat Cubanen een boot kapen om mee naar Florida te varen (dit gebeurt ook daadwerkelijk wel eens), dus tochtjes per catamaran of andere gemotoriseerde boot zijn uit den boze. Maar bij Santiago ligt een klein eiland, en hier vaart een ferrybootje naartoe, met daarop 2 zwaarbewapende politiemannen. Werkelijk een belachelijk gezicht, de ferry lijkt op de lokale pont in Zuid-Holland… Maar Jesús vond het geweldig, het was werkelijk waar zijn eerste keer op een boot. Dat kun je je toch niet voorstellen?! We hebben lekker een dagje gerelaxt op dit Carabische eilandje met houten huizen op palen en een lunch van garnalen vers uit de zee.
We zijn ook nog een dag naar La Gran Piedra geweest, een massieve bergtop van meer dan 1200 meter hoog. Vanaf de top hadden we een geweldig uitzicht over de volledige oostpunt van Cuba, heel gaaf. Terug in Santiago zijn we ’s avonds een piña colada gaan drinken bij een leuke bar, en wie komen we daar prompt tegen? Yoandri, een vriend van Jesus uit Viñales! Jeetje wat een toeval. Hij is ook op reis met zijn buitenlandse vrienden, en de jongens wisten van elkaar niet dat ze allebei tegelijk in Santiago zouden zijn. Maar wat een gezelligheid! We reizen nu zelfs een dag of vier samen, omdat onze plannen hier overlappen. We kunnen bijna niet bevatten hoe toevallig dit is, twee Cubaanse jongens zo ver van huis, maar ze zijn blij dat ze elkaar hebben om deze ervaring te delen ;-)
Nou, buiten deze dag-tot-dagbeschrijving van wat we allemaal doen, is het verder ook gewoon heel fijn om samen te zijn. Het reizen gaat heel goed, en vanaf vandaag trekken we langer met elkaar op dan we hiervoor ooit gedaan hebben, dus ik ben benieuwd. Af en toe hebben we flinke discussies, een cultuurverschilletje hier en daar en natuurlijk zijn er ook nog veel dingen die we van elkaar nog moeten leren. Maar het is fijn om hier te zijn, het voelt nog steeds goed en ik loop elke dag rond met een grote glimlach op mijn gezicht. Zelfs Cuba bevalt nog heel prima, ik had verwacht dat het land me wat tegen zou gaan staan maar dat doet het vooralsnog niet. Sterker nog, de afwisseling hier in het oosten maakt dat ik Cuba alleen maar leuker vindt. Todo bien aqui dus!
We zijn op dit moment in Baracoa, we zijn gisteren aangekomen samen met Yoandri, zijn vriendin en een groep vrienden uit Malta en Hongarije. We blijven hier vijf dagen en hebben dus alle tijd om de omgeving te verkennen. In plaats van tabak vind je hier bananen en cacaoplantages, en een heleboel rivieren om te zwemmen en kayakken (en vissen, en daar is Jesús o-zo-blij mee). Wij vermaken ons hier dus nog wel even. Adiosss!
X Edith