Mijn ideale Angkor Wat itinerary in twee dagen | Cambodja

Samen met mijn vader heb ik enkele jaren geleden twee weken door Cambodja gebackpackt. Rugzak op, Lonely Planet mee en off we went! Ik werkte op dat moment een zomer als reisbegeleider in Thailand en aan het eind van mijn werktijd heb ik mijn terugvlucht wat opgeschoven. Een leuk voordeel aan het reisbegeleiderschap! Je verdient geen knoop, maar kunt wel lekker wat extra vakantie opnemen in exotische oorden. Mijn vader heeft in Nederland een retourtje naar Bangkok gekocht en daar begonnen we samen aan ons avontuur. Eerste stop: Siem Reap!

Vanuit Bangkok gingen we per openbaar vervoer naar Siem Reap. Alleen over deze rit zou ik al een complete blogpost kunnen schrijven… haha. Ik maakte deze reis een aantal jaar geleden en toen waren travelblogs nog niet zo populair als nu. Het was dus moeilijk om goede en up-to-date info te vinden! Uren bracht ik in Thailand door in een internetcafé of achter de openbare computer in de lobby van mijn hotel (ja kijkbuiskinderen, zo ging dat ‘vroeger’…!), op zoek naar info en tips. Overweeg je de trip per openbaar vervoer van Bangkok naar Siem Reap dan zou ik zeggen: Google even een rondje voor de laatste info ;-)

Goed, na een volle dag reizen – waarbij we om 6 uur ’s ochtends waren vertrokken vanuit ons hotel in Bangkok – kwamen we rond 5 uur ’s middags aan in Siem Reap. We zouden vier nachten blijven, oftewel: we hadden drie volle dagen om Siem Reap en omgeving te verkennen. Gaaf!

Lichte dwangmatige plan-neurose…

Aangezien het mijn baan was om reizen perfect voor te bereiden, ik was immers reisbegeleider, en ook met het oog op mijn latere carrière in het toerisme, komt het vast niet als verrassing dat ik onze dagen in Siem Reap tot in de puntjes had gepland. Nu kun je zeggen: zonde, laat je leiden door wat spontaniteit! Ehm ja, dan ken je mij nog niet. En zeker niet een paar jaar geleden ;-) Ik was (en ben) dol op Excelschema’s, om op die manier het meeste uit elke reis te halen. Nu we op dit moment vooral langere tijd in elk land blijven lukt het me voor het eerst om wat meer aan ‘slow travel’ te doen, maar aangezien dat niet iedereen gegund is, zal ik hier mijn zorgvuldig gefabriceerde twee-dagen-itinerary voor Angkor Wat met jullie delen. Want die derde dag… Toen konden we geen tempel meer zien! En hebben we fijn gekozen voor een drijvend dorp aan het Tonlé Sap-meer, voor de afwisseling. Daarover volgt later nog eens een artikel.

Dag 1: Angkor Wat, Ta Prohm en Angor Thom

Voor de eerste dag had ik een programma in elkaar gedraaid met de tempels die het dichtst bij de plaats Siem Reap liggen. We begonnen de dag met een vroege start bij Angor Wat, dé meest iconische tempel van het hele complex. Wie gaat tempelhoppen bij Siem Reap kan dat op verschillende manieren doen: per fiets, per tuktuk of per scooter. Aangezien wij er in juli waren en het dan bloedjeheet is, kozen wij op de eerste dag voor een tuktuk in plaats van een fiets. En daar waren wij bijzonder blij om, want zelfs stilzittend in de tuktuk zweetten we al peentjes… haha. Voor US$12 heb je de hele dag een tuktuk met chauffeur.

Aankomend bij de entree van het tempelcomplex moesten we eerst kaartjes kopen. Tickets zijn niet goedkoop, voor Zuidoost-Aziatische begrippen tenminste… Maar tja, dan krijg je er wel een waar wereldwonder voor terug. Entreekaarten komen in drie varianten: een pas voor 1 dag kost US$20, een pas voor 3 dagen US$40 en een pas voor 7 dagen US$60. Wij kozen voor een pas van drie dagen, waarbij we dus maar van plan waren om twee dagen de tempels te bezoeken. Maar ja, dan krijg je dus voor niks een dag kado. Prima, dan konden we ons eventueel nog bedenken.

Eerste tempel – Angkor Wat

Goed, naar Angkor Wat dus! Sommigen mensen bewaren deze tempel tot het einde van de eerste dag, zodat ze niet te overweldigd raken en daarna een tikje blasé richting de andere tempels gaan. Ook is de sunset bij Angkor Wat erg mooi, dus je zou na de lunch naar de tempel kunnen gaan en dan blijven plakken tot de zonsondergang. Wij waren echter eigenwijs en keken erg uit naar deze beroemde tempel, en dus bezochten we ‘em gelijk als eerste. En wow, wat een meesterwerk! Het prachtige plaatje van de tempel met de iconische torens en de vijver ervoor, supermooi. We hebben een aantal uren door het complex gedwaald, door gangen, over stenen drempels, kijkend door ramen met gedraaide pilaren, klimmend naar de top van de binnentempels. En overal vind je prachtige taferelen van ‘apsara’, oftewel goddelijke danseressen – vaak met blote borsten en goede vrouwelijke rondingen, haha. Ik heb wel 200 foto’s gemaakt hier!

Tweede tempel – Ta Prohm

Aangezien het nu richting het heetste moment van de dag loopt, leek het me verstandig een plek met wat schaduw uit te kiezen. Ziedaar de perfecte oplossing: Ta Prohm. Deze tempel is compleet overwoekerd door wortels, struiken en bomen en daarom vind je er veel groen én veel schaduw. Ta Prohm is de beroemde tempel uit de film Tomb Raider, waar Angelina Jolie tussen de tempelruïnes door springt. Ik vond dit misschien wel een van de mooiste tempels, omdat je kunt zien wat er gebeurt als de natuur honderden jaren z’n eigen gang kan gaan tussen de tempels. En de kracht van boomwortels is enorm; muren barsten uit elkaar, stenen worden omhoog geduwd, gaaf om te zien.

Next stop – lunchpauze

Na Ta Prohm was het tijd voor een lunchpauze, om daarna ’s middags weer verder te kunnen tempelen. Wij lieten ons door onze tuktukchauffeur naar de tempel Angkor Thom brengen, waar we een restaurantje uitkozen. Hier vind je een boel simpele eettentjes bij elkaar, met lunchopties als een baguette met kaas (hoeraaaa voor de Franse invloeden!) of een noedelsoep. Mijn vader verbaasde zich een tikje over de questionable hygiëne, met sla die onder de lokale kraan gewassen werd, maar we zijn er allebei niet ziek van geworden en onze baguettes smaakten heerlijk.

Derde tempel – Angkor Thom

Als laatste tempel van de eerste dag stond Angkor Thom op de planning, op zichzelf weer een verzameling van verschillende tempels. De bekendste ken je vast: het Bayon, waarop gigantische hoofden zijn afgebeeld. Ik vond het best een beetje spooky om zo tussen die enorme koppen te wandelen! Verder vind je in Angkor Thom ook een ruim 300 meter lang terras met afbeeldingen van olifanten, de tempel Baphoun die een soort van gigantische puzzel van 300.000 stukjes is (hij is gedeeltelijk gereconstrueerd) en de tempel Phimeanakas die een piramidevorm heeft. De Noord- en Zuidpoort van Angor Thom zijn ook gaaf: hier vind je beelden van goden en demonen die je op een rij opwachten.

Dag 2: Banteay Srei, Banteay Samré en Preah Khan

Waar we de eerste dag vooral tempels in de buurt van Siem Reap hebben bekeken, trokken we er de tweede dag juist wat verder op uit. De tempels van Angkor Wat liggen verspreid over een gigantisch gebied van wel 300 km², dus je moet een keuze maken welke je op de tweede dag wilt zien. Ik raad je aan er met een brommertaxi op uit te trekken: wij regelden via ons guesthouse twee brommers met chauffeurs, waar wij achterop konden stappen. Hartstikke gaaf! Ik geloof dat we US$15 per brommertaxi betaalden voor een dagje tempels in de buitenring.

Eerste tempel: Banteay Srei

Ik had als start van de itinerary voor de tweede dag besloten tot twee tempels in het ‘buitengebied’: Banteay Srei en Banteay Samré. De eerste is gemaakt van een ander gesteente dan de tempels van Angkor Wat, namelijk een roze soort zandsteen. Ook zijn de motieven in het gesteente heel goed bewaard gebleven waardoor je hier hele mooie taferelen vindt. Ik vond het een mooie aanvulling op de tempels van de eerste dag. En de rit naar Banteay Srei toe is ook absoluut de moeite waard! Het is zo’n 35 kilometer van Siem Reap naar Banteay Srei en je komt over het lokale platteland, met knalgroene rijstvelden, simpele houten huizen op palen en kindjes langs de weg die naar je zwaaien. Als je met je eigen brommertaxi bent kun je lekker stoppen waar je wilt, ideaal dus voor wat goede foto-opportunities.

Tweede tempel: Banteay Samré

Ook Banteay Samré ligt op het platteland en deze is juist weer meer in de stijl van Angkor Wat, met antracietgrijze stenen. Deze tempel vonden we bijzonder omdat je hier veel minder toeristen aantreft dan bij Angkor Wat. De tempel zelf is niet persé veel mooier, maar het feit dat we de tempel bijna helemaal voor onszelf hadden, was heel gaaf. Het voelde even alsof we onze eigen ontdekkingstocht deden!

Next stop – lunchpauze

Tijd om weer terug te keren richting Angkor Wat. Aangezien onze lunchspot de eerste dag zo goed was bevallen, hebben we ook de tweede dag geluncht bij de eettentjes naast Angkor Thom. Niet heel origineel, wel heel lekker én heel goedkoop. En er valt genoeg te kiezen! We deden ons hier vooral tegoed aan ons favoriete drankje: Oishi Green Tea, met honing & limoensmaak. Man, ik heb nu jaren na dato nog steeds wel eens visioenen over dit drankje, zo lekker! En ideaal voor wat verkoeling als het buiten 30+ graden is. Als iemand een adres in Nederland weet waar je Oishi Green Tea kunt kopen, dan hou ik me ten zeerste aanbevolen :-)

Derde tempel: Preah Khan

Aangezien we de overwoekerde Ta Prohm op de eerste dag zo gaaf vonden, besloten we op de tweede dag de tempel Preah Khan nog even mee te pikken. Ook deze tempel is niet erg toeristisch en er liep slechts een handjevol andere toeristen rond. Overal kronkelen wortels en takken en sommige muren worden overeind gehouden door een oude boom. Eerlijk is eerlijk: tijdens het bezoek aan deze tempel voelden dat het wel mooi was geweest. We waren blij dat we al op voorhand hadden bedacht slechts twee dagen te gaan tempelen, en niet drie. Hoe mooi en bijzonder alle tempels ook zijn, na tempel-nummer-zoveel merkte ik dat ik niet meer echt de interesse had om rond te kijken, maar gewoon met een koel drankje in de schaduw wilde kruipen… Oftewel: genoeg Angkor Wat voor ons. Maar die twee dagen hebben we absoluut volop genoten van al het tempelmoois!

Nog twee bonustips voor slapen en eten

Wij sliepen in Siem Reap in het Smiley’s Guesthouse, een aanrader wat mij betreft. De kamers zijn simpel, maar schoon en best sfeervol. Het guesthouse heeft een binnentuin, een fijn zonnig restaurant waar je ’s ochtends kunt ontbijten en wat loungestoelen. Een tweepersoonskamer met airco, warm water en wifi kost US$20 per nacht. Een koopje!

Wil je ’s avonds in Siem Reap een hapje gaan eten in town, ga dan richting de origineel genaamde ‘Pub Street’. Hier vind je een heleboel restaurantjes, bars en sfeer bij elkaar. Geen idee hoe ons favoriete restaurantje daar heette, maar de naam van ons favoriete gerecht weet ik wel: amoc, het nationale gerecht van Cambodja. Het is een soort viscurry in kokossaus, vaak geserveerd in een bananenblad maar bij ons ook wel eens in een kokosnoot. Mmmm, lekker!

---

Wat vind je van onze Angkor Wat-itinerary? Zou jij het langer dan twee dagen uithouden tussen de tempels? ;-)

PS. Buiten deze reis met mijn vader, ben ik er ook al eens samen met mijn moeder op uitgetrokken! Lees hier meer over onze avonturen in de woestijn van Marokko.